André Felleman was tijdens het interbellum jarenlang actief in het Antwerpse als zeer begaafd cellist en orkestleider. Zijn ouders en grootouders van Nederlandse nationaliteit waren werkzaam als diamantairs en verhuisden in 1897 van Amsterdam naar Borgerhout. Daar werd op 4 maart 1902 André Felleman geboren. Zijn officiële naam was Adriaan Philippe.
Felleman werkte al in de Vlaamse Opera toen hij als 18-jarige in 1920 aangeworven werd als eerste solo-cellist van de Arnhemse orkestvereniging. Felleman was hier toen al zo bekend dat het tijdschrift van de Toonkunstenaarsvakbond er een speciaal artikel aan wijdde. Vanaf het seizoen 1922-23 is hij echter opnieuw in Antwerpen waar hij eerste cellist wordt bij de Vlaamse Opera.
In de jaren 1920 bouwt hij zijn reputatie als cellovirtuoos verder uit, hij treedt op in Nederland en in België. Ondertussen deed hij ook ervaring op als dirigent. Tijdens de wereldtentoonstelling in Antwerpen dirigeerde hij in september 1930 een symfonisch orkest ter gelegenheid van het Juwelenbal. Als orkestleider van het kamerorkest van de Socialistische Arbeiders Radio Omroep voor Vlaanderen (SAROV) verzorgde hij mee de uitzendingen. Hij dirigeerde enkele keren in de Vlaamse Opera lichter werk, zoals het ballet ‘de Notenkraker’. In 1932 begint hij zijn eigen zogenaamde ‘jazz-orkest’, tevens zijn laatste jaar als cellist in de Opera. Met dit 'mixed orchestra' verzorgt hij concerten in het Grand Hotel op de hoek van de Keyserlei en de Frankrijklei. Vanaf 1932 tot aan de Tweede Wereldoorlog worden deze concerten regelmatig rechtstreeks door het N.I.R. uitgezonden, zowel door de Nederlandstalige als Franstalige omroep.
De carrière van deze begaafde musicus wordt abrupt afgebroken bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog. Zijn ouders, Abraham Felleman en Helena Cohen werden eind 1942 via het verzamelkamp Dossin in Mechelen weggevoerd naar Auschwitz. André Felleman, die met zijn gezin naar Frankrijk was gevlucht, werd daar ook opgepakt. Op 11 februari 1943 wordt zijn gezin vanuit het verzamelkamp Drancy nabij Parijs gedeporteerd naar het vernietigingskamp Auschwitz. Hij stond genoteerd als 'cultivateur', is 40 jaar oud en zijn vrouw Bertha is slechts enkele jaren ouder wanneer ze door de Nazi’s worden vermoord. Ook het leven van zijn twee zonen, Philippe-Marc Felleman, net 17 geworden, en Jacques Felleman, nog geen 14 jaar oud, wordt hiermee vroegtijdig afgebroken.
Bron: SVM, met dank aan Chris Moens
Felleman werkte al in de Vlaamse Opera toen hij als 18-jarige in 1920 aangeworven werd als eerste solo-cellist van de Arnhemse orkestvereniging. Felleman was hier toen al zo bekend dat het tijdschrift van de Toonkunstenaarsvakbond er een speciaal artikel aan wijdde. Vanaf het seizoen 1922-23 is hij echter opnieuw in Antwerpen waar hij eerste cellist wordt bij de Vlaamse Opera.
In de jaren 1920 bouwt hij zijn reputatie als cellovirtuoos verder uit, hij treedt op in Nederland en in België. Ondertussen deed hij ook ervaring op als dirigent. Tijdens de wereldtentoonstelling in Antwerpen dirigeerde hij in september 1930 een symfonisch orkest ter gelegenheid van het Juwelenbal. Als orkestleider van het kamerorkest van de Socialistische Arbeiders Radio Omroep voor Vlaanderen (SAROV) verzorgde hij mee de uitzendingen. Hij dirigeerde enkele keren in de Vlaamse Opera lichter werk, zoals het ballet ‘de Notenkraker’. In 1932 begint hij zijn eigen zogenaamde ‘jazz-orkest’, tevens zijn laatste jaar als cellist in de Opera. Met dit 'mixed orchestra' verzorgt hij concerten in het Grand Hotel op de hoek van de Keyserlei en de Frankrijklei. Vanaf 1932 tot aan de Tweede Wereldoorlog worden deze concerten regelmatig rechtstreeks door het N.I.R. uitgezonden, zowel door de Nederlandstalige als Franstalige omroep.
De carrière van deze begaafde musicus wordt abrupt afgebroken bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog. Zijn ouders, Abraham Felleman en Helena Cohen werden eind 1942 via het verzamelkamp Dossin in Mechelen weggevoerd naar Auschwitz. André Felleman, die met zijn gezin naar Frankrijk was gevlucht, werd daar ook opgepakt. Op 11 februari 1943 wordt zijn gezin vanuit het verzamelkamp Drancy nabij Parijs gedeporteerd naar het vernietigingskamp Auschwitz. Hij stond genoteerd als 'cultivateur', is 40 jaar oud en zijn vrouw Bertha is slechts enkele jaren ouder wanneer ze door de Nazi’s worden vermoord. Ook het leven van zijn twee zonen, Philippe-Marc Felleman, net 17 geworden, en Jacques Felleman, nog geen 14 jaar oud, wordt hiermee vroegtijdig afgebroken.
Bron: SVM, met dank aan Chris Moens
Geen opmerkingen:
Een reactie posten